Testen 34



Datum:
Tijd besteed aan testen::
Score:


Thu Apr 24, 2025

0/10

Klik op een woord
1. Komt u uit Amerika?
Ar (atvykote / esate) iš Amerikos?   See hint
2. Een uur heeft zestig minuten.
Valanda turi minučių.   See hint
3. Ik heb een aardbei.
(Aš) braškę.   See hint
4. Heeft u een hond?
Ar šunį?   See hint
5. Ik vind dat lelijk.
Man bjauru.   See hint
6. Wat voor groenten heeft u?
Kokių daržovių ,   See hint
7. Kun je hier ski’s huren?
Ar čia išsinuomoti slides?   See hint
8. Waar zijn de leeuwen?
Kur liūtai?   See hint
9. Ik ga naar een sportschool.
(Aš) sporto klubą.   See hint
10. Wij zullen gauw ons pensioen ontvangen.
Netrukus (mes) pensiją.   See hint