Slovná zásoba
ukrajinčina – Cvičenie slovies

wekken
De wekker wekt haar om 10 uur ’s ochtends.

verheugen
Het doelpunt verheugt de Duitse voetbalfans.

rijden
Ze rijden zo snel als ze kunnen.

dragen
De ezel draagt een zware last.

sparen
Het meisje spaart haar zakgeld.

ontvangen
Hij ontvangt een goed pensioen op oudere leeftijd.

beschermen
Kinderen moeten beschermd worden.

tentoonstellen
Hier wordt moderne kunst tentoongesteld.

controleren
De tandarts controleert de tanden.

eisen
Hij eiste compensatie van de persoon waarmee hij een ongeluk had.

uitspreken
Ze wil zich uitspreken tegen haar vriend.
