Ordförråd

Lär dig verb – kroatiska

cms/verbs-webp/44518719.webp
걷다
이 길은 걷지 말아야 한다.
bewandelen
Dit pad mag niet bewandeld worden.
cms/verbs-webp/123546660.webp
확인하다
정비사는 자동차의 기능을 확인한다.
controleren
De monteur controleert de functies van de auto.
cms/verbs-webp/129945570.webp
응답하다
그녀는 질문으로 응답했다.
antwoorden
Ze antwoordde met een vraag.
cms/verbs-webp/57574620.webp
배달하다
우리 딸은 휴일 동안 신문을 배달합니다.
bezorgen
Onze dochter bezorgt kranten tijdens de vakantie.
cms/verbs-webp/102853224.webp
모이게 하다
언어 과정은 전 세계의 학생들을 모아준다.
samenbrengen
De taalcursus brengt studenten van over de hele wereld samen.
cms/verbs-webp/28581084.webp
매달리다
지붕에서 얼음이 매달려 있다.
hangen
IJsspegels hangen van het dak.
cms/verbs-webp/123213401.webp
싫어하다
두 소년은 서로 싫어한다.
haten
De twee jongens haten elkaar.
cms/verbs-webp/105785525.webp
임박하다
재앙이 임박하고 있다.
op handen zijn
Een ramp is op handen.
cms/verbs-webp/119379907.webp
추측하다
내가 누구인지 추측해야 해!
raden
Je moet raden wie ik ben!
cms/verbs-webp/33564476.webp
배달하다
피자 배달부가 피자를 배달한다.
bezorgen
De pizzabezorger bezorgt de pizza.
cms/verbs-webp/116519780.webp
뛰어나가다
그녀는 새 신발을 신고 뛰어나간다.
naar buiten rennen
Ze rent met de nieuwe schoenen naar buiten.
cms/verbs-webp/93221279.webp
타다
벽난로에 불이 타고 있다.
branden
Er brandt een vuur in de open haard.