Лексика
Вивчайте дієслова – грузинська

de weg terugvinden
Ik kan de weg terug niet vinden.
de weg terugvinden
Ik kan de weg terug niet vinden.
voltar
Não consigo encontrar o caminho de volta.

doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.
doorkomen
Het water was te hoog; de truck kon er niet doorheen.
passar
A água estava muito alta; o caminhão não conseguiu passar.

slapen
De baby slaapt.
slapen
De baby slaapt.
dormir
O bebê dorme.

sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
sorteren
Hij sorteert graag zijn postzegels.
ordenar
Ele gosta de ordenar seus selos.

wandelen
De familie gaat op zondag wandelen.
wandelen
De familie gaat op zondag wandelen.
passear
A família passeia aos domingos.

missen
De man heeft zijn trein gemist.
missen
De man heeft zijn trein gemist.
perder
O homem perdeu seu trem.

schreeuwen
Als je gehoord wilt worden, moet je je boodschap luid schreeuwen.
schreeuwen
Als je gehoord wilt worden, moet je je boodschap luid schreeuwen.
gritar
Se você quer ser ouvido, tem que gritar sua mensagem alto.

vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.
vergeten
Ze is nu zijn naam vergeten.
esquecer
Ela esqueceu o nome dele agora.

achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
achtervolgen
De cowboy achtervolgt de paarden.
perseguir
O cowboy persegue os cavalos.

aanraken
Hij raakte haar teder aan.
aanraken
Hij raakte haar teder aan.
tocar
Ele a tocou ternamente.

overnemen
De sprinkhanen hebben de overhand genomen.
overnemen
De sprinkhanen hebben de overhand genomen.
assumir
Os gafanhotos assumiram o controle.
