词汇
学习副词 – 荷兰语

bijna
Ik raakte bijna!
几乎
我几乎打中了!

behoorlijk
Ze is behoorlijk slank.
相当
她相当瘦。

minstens
De kapper kostte minstens niet veel.
至少
理发师至少没有收很多钱。

te veel
Het werk wordt me te veel.
太多
这工作对我来说太多了。

opnieuw
Ze ontmoetten elkaar opnieuw.
再次
他们再次见面。

morgen
Niemand weet wat morgen zal zijn.
明天
没人知道明天会发生什么。

buiten
Het zieke kind mag niet naar buiten.
出去
生病的孩子不允许出去。

niet
Ik hou niet van de cactus.
不
我不喜欢仙人掌。

al
Hij slaapt al.
已经
他已经睡了。

naar beneden
Hij valt van boven naar beneden.
下来
他从上面掉了下来。

samen
De twee spelen graag samen.
一起
这两个人喜欢一起玩。
