aanraken
Hij raakte haar teder aan.
触摸
他温柔地触摸了她。
voltooien
Hij voltooit elke dag zijn jogroute.
完成
他每天都完成他的慢跑路线。
vervangen
De automonteur vervangt de banden.
更换
汽车修理工正在更换轮胎。
bouwen
Wanneer werd de Chinese Muur gebouwd?
建设
中国的长城是什么时候建造的?
zwemmen
Ze zwemt regelmatig.
游泳
她经常游泳。
de weg terugvinden
Ik kan de weg terug niet vinden.
找回
我找不到回去的路。
begrenzen
Hekken begrenzen onze vrijheid.
限制
围墙限制了我们的自由。
voltooien
Ze hebben de moeilijke taak voltooid.
完成
他们完成了困难的任务。
verhuizen
De buurman verhuist.
搬出
邻居正在搬出。
sprakeloos maken
De verrassing maakt haar sprakeloos.
使无言以对
惊喜使她无言以对。
op maat snijden
De stof wordt op maat gesneden.
裁剪
面料正在被裁剪到合适的大小。
een fout maken
Denk goed na zodat je geen fout maakt!
犯错
仔细想想,这样你就不会犯错!